Tijdens de jaren 1900 werd het water uit de putjes doorgesluisd naar de stad. Die werd daardoor een betrouwbare bron van zoet water kreeg en het verstrekken van de middelen voor extra groei kreeg aangereikt.
De toegenomen beschikbaarheid van water in hartje Las Vegas zorgde ervoor dat Las Vegas een ideale waterstop plaats werd. Eerst voor de paard-en-wagens en later voor de spoorwegen, op het spoor tussen Los Angeles, California, en de Oostelijke punten zoals Albuquerque, New Mexico.
De San Pedro, Los Angeles en Salt Lake Railroad uit Salt Lake City naar het zuiden van Californië werd voltooid in 1905.
- 1930-1941: de Hoover Dam en de eerste casino’s in Las Vegas
- 1941-1945: het leger in Las Vegas
- 1947-1963: De georganiseerde criminaliteit in Las Vegas
- 1950: atoom testen in Las Vegas
- 1955-1970: het begin van het moderne Las Vegas
- Sinds 1970: explosieve groei Las Vegas
- Sinds 1989: megaresorts in Las Vegas
Zo begon Las Vegas
De San Pedro, Los Angeles en Salt Lake Railroad was begonnen door de Amerikaanse senator William Andrews Clark, die hiervan in meerderheid eigenaar was. De spoorweg werd opgenomen in Utah. De oorspronkelijke oprichters waren Thomas Kearns, senator van Utah, en zijn zakenpartner David Keith.
Kearns, een van de rijkste en machtigste mannen in Utah en David Keith werden de eigenaren van Utah’s Silver King Mine Coalition, een aantal mijnen in Nevada en de eigenaren van de Salt Lake Tribune uitgeverij.
Kearns en Keith Clark droegen bij aan het succes van de nieuwe spoorlijn tussen Utah en Nevada naar Californië. Dat jaar ontstond ook de fase van de twee Las Vegases. De oostkant van Las Vegas (dat voorzag in de moderne Main Street en de Las Vegas Boulevard) was eigendom van Clark en de westkant van Las Vegas (die omvatte het gebied ten noorden van het hedendaagse Bonanza Road), was in handen van JT McWilliams. McWilliams werd door de Stewart familie ingehuurd tijdens de verkoop van de Rancho Los Vegas en kocht beschikbare gronden ten westen van de ranch.
Op 15 mei 1905 werd Las Vegas gesticht als een stad, toen 45 ha groot, in wat later het centrum van de stad werd. Las Vegas was de drijvende kracht in de creatie van Clark County, Nevada in 1909 en de stad werd opgericht in 1911 als een deel van het graafschap.
De eerste burgemeester van Las Vegas was Peter Buol die diende van 1911 tot 1913.
Nevada was de laatste westerse staat die gokken ging verbieden. Dit gebeurde rond middernacht, 1 oktober 1910, toen een strenge anti-gok wet van kracht werd in Nevada. Zelfs de typisch westerse gewoonte van het opgooien van een munt voor de prijs van een drankje werd verboden.
De groei begon
Las Vegas bleef groeien, tot 1917 toen de Las Vegas en Tonopah Railroad failliet ging. Hoewel William Clark de laatste beetjes van het bedrijf verkocht aan de Union Pacific Railroad, kon niet voorkomen worden dat een landelijke staking in 1922 Las Vegas in een wanhopige toestand bracht.
Met het voltooien van US Route 91 naar Las Vegas in 1926, was de stad uiteindelijk verbonden aan Californië met een openbare weg. Maar zelfs de toevoeging van een moderne weg hielp niet om Las Vegas nieuw leven in te blazen. In 1929 schreef de journalist John Calhan, dat mensen in de stad Reno, Nevada of Noord heel blij zouden zijn als Las Vegas zich had afgescheiden van de staat
1930-1941: de Hoover Dam en de eerste casino’s in Las Vegas
Op 3 juli 1930 ondertekende president Herbert Hoover de subsidiëring voor de ontwikkeling van de Boulder Dam. De werkzaamheden aan die Dam begonnen in 1931 en Las Vegas’ bevolkingsaantal groeide van ongeveer 5.000 tot 25.000 burgers, met het merendeel van de nieuwkomers op zoek naar een baan bij het bouwen van de dam. De casino’s en showgirl theaters verschenen voor het eerst in Las Vegas om de werknemers voor de bouw van de Dam, die grotendeels uit mannen bestond, te vermaken.
Las Vegas probeerde haar beste beentje voor te zetten toen de minister van Binnenlandse Zaken Lyman Wilbur de werkzaamheden een inspectiebezoek kwam brengen in 1929. Maar een van de werknemers die bij hem kwam rook naar alcohol (dit was in de tijd van het strenge alcoholverbod).Er werd toen direct besloten dat een door de overheid gecontroleerde stad, genaamd Boulder City, zou worden opgericht voor de damwerknemers.
Deze stad had nog steeds de geldstroom van de overheid en de damwerknemers wat automatisch in het lonkende Las Vegas werd gespendeerd en de stad werd letterlijk opgeladen toen de dam werd voltooid in 1935. In 1937 werd Nevada Power de eerste hulpstroom onderneming van de dam, en Las Vegas was zijn eerste klant. Na de dood van President Roosevelt werd de naam van de dam veranderd van Boulder Dam terug naar Hoover Dam .
Met het legaliseren van het gokken in 1931, begon Las Vegas haar wereldfaam te verkrijgen als gokhoofdstad van de wereld. Gokken (hoewel reeds legaal in Las Vegas) werd georganiseerd en gereguleerd. De provincie gaf de eerste kansspelvergunning af in 1931 aan het North Club Casino (voorheen het Las Vegas Coffee House) en al snel volgden meerdere casino’s met een vergunning in Fremont Street, zoals Club Las Vegas en het Apache Hotel.
Fremont Street kreeg zijn bijnaam als Glitter Gulch door de vele schitterende neonverlichtingen die werden aangedreven door elektriciteit uit de Hoover Dam. Hoover Dam en het reservoir, Lake Mead, werden omgebouwd tot toeristische attracties op zichzelf en de behoefte aan extra hotels in het hogere segment werd snel duidelijk.
Fremont Street was de eerste geplaveide straat in Las Vegas en kreeg van de stad de eerste verkeerslichten in 1931.
In 1940 werd US Route 95 uiteindelijk uitgebreid naar het zuiden van Las Vegas, waardoor de stad twee grote landelijke toegangswegen verkreeg. Ook begon in 1940 de eerste permanente radiozender, genaamd Keno, met uitzenden. Dit ter vervanging van de eerdere slecht beluisterde ouderwetse omroepen.
1941-1945: het leger in Las Vegas
Op 25 januari 1941 verhuisde het Amerikaanse leger naar Las Vegas. De burgemeester van Las Vegas, John L. Russell, gaf toestemming en ruimte aan het US Army Corps Quartermaster voor de ontwikkeling van een “flexibele schutters” opleidingscentrum voor de United States Army Air Corps.
Echter, het Amerikaanse leger was niet blij dat de prostitutie wettelijk toegestaan werd in Las Vegas en in 1942 gebruikte het leger haar invloed om Las Vegas te dwingen deze praktijken te verbieden, waardoor het red light district van de stad, bekend als Blok 16, snel doodbloeide.
Op 3 apr 1941 opende hoteleigenaar Thomas Hull de El Rancho Vegas. Het was het eerste casino op de locatie die later zou uitgroeien tot de Las Vegas Strip. Het hotel kreeg een groot deel van haar bekendheid door de “all you can eat buffet” formule die werd aangeboden.
Op 30 oktober 1942 bouwt R.E. Griffith op de plek waar sinds 1930 een nachtclub genaamd Pair-O-Dice stond, een nieuw hotel genaamd Hotel Last Frontier. Daarna volgden nog een aantal resorts op en rond Fremont Street, maar het volgende hotel op de Strip toonde publiekelijk aan dat de invloed van de georganiseerde criminaliteit op Las Vegas alom aanwezig was. Gangster Bugsy Siegel in Las Vegas bouwde met hulp van zijn vriend en collega maffiabaas Meyer Lansky evenals andere maffiosi, The Flamingo in 1946.
1947-1963: de georganiseerde criminaliteit in Las Vegas
De Flamingo verloor aanvankelijk veel geld en Siegel stierf in een regen van kogels in Beverly Hills, Californië. Echter, veel mensen, waaronder enkele die betrokken zijn bij de georganiseerde misdaad, zagen wel degelijk het potentieel van het gokken wat er in Las Vegas werd aangeboden. Van 1952 tot 1957 bouwden ze de Sahara, de Sands, de New Frontie, de Royal Nevada, de Showboat, de Riviera,
de Fremont, Binion’s Horsesho en ten slotte de Tropicana. Sommige van deze casino’s werden gerund door mensen die betrokken zijn bij georganiseerde criminaliteit, met inbegrip van Meyer Lansky.
Het gokken werd echter in snel tempo een legitiem bedrijf. Zelfs met de algemene kennis dat een deel van de eigenaren van deze casinoresorts dubieuze achtergronden hadden, bezochten rond 1954 meer dan 8 miljoen mensen Las Vegas en werd er jaarlijks 200 miljoen dollar gepompt in de casino’s.
Entertainment wordt steeds belangrijker
Gokken is dan allang niet meer de enige attractie, de grootste sterren van films en muziek zoals Elvis Presley, Frank Sinatra, Dean Martin, Abbott en Costello, Bing Crosby, Carol Channing, en vele anderen gaven in intieme settings hun shows aan de vele bezoekers. Dat de bezoekers deze sterren te zien kregen zou er automatisch voor zorgen dat ze weer gingen gokken, en daarna eten in de gourmet-buffet restaurants. Dit alles was en is nog steeds een zeer belangrijke schakel in de immense casino-industrie.
Een twee jaar durend onderzoek wat werd uitgevoerd door senator Estes Kefauver en zijn “Senate Special Committee to investigate Crime in Interstate Commerce” concludeerde in 1950-51 dat de georganiseerde criminaliteit onbetwistbaar gekoppeld was aan de Las Vegas casino’s.
Dit leidde tot een voorstel van de Senaat aan het federale controle-instituut voor het gokken om de gokindustrie een halt toe te roepen. Alleen door de macht en invloed van Nevada’s senator Pat McCarran werd het voorstel in de commissie afgewezen. De snelle groei van het toerisme in Las Vegas had als keerzijde het ontstaan van allerlei illegale gokcentra in Galveston, Texas, Hot Springs, Arkansas en andere gebieden verspreid over heel Amerika.
Echter, de Nevada Gaming Association, alsmede een betere controle door de lokale en federale overheden in deze andere staten tijdens de jaren 1950, maakten hun ondergang al weer snel onvermijdelijk.
1950: atoom testen in Las Vegas
Terwijl de Strip uit zijn voegen groeit, brengt de Amerikaanse Commissie voor Atoomenergie op 27 januari 1951 de eerste van ruim honderd atmosferische explosies tot ontploffing op de Nevada Test Site. Deze atmosferische proeven zouden voortduren tot vaststelling van de Partial Test Ban Treaty in 1963, waardoor de atoomtesten naar onder de grond werden verplaatst.
De laatste test explosie was in 1992. Ondanks de gevaren en risico’s, en mede door de sterke onderschatting van het gevaar van blootstelling aan straling van de radioactieve neerslag, maakte Las Vegas reclame voor de explosies alszijnde een toeristische attractie en bood Las Vegas haar bezoekers speciale deals aan, genaamd Atomic Cocktails in de hoogste hotelsuites die de beschikking hadden over een prachtig uitzicht op een paddestoelwolk.
De instroom van werknemers bij de overheid voor de Atomic Energy Commission en van de Mormoonse Bank van Las Vegas onder leiding van E. Parry Thomas, financierde in die jaren de groeiende casino industrie. Maar Las Vegas is meer dan alleen casino’s. In 1948 werd McCarran Vliegveld opgericht voor commercieel luchtverkeer. In 1957 werd de Universiteit van Las Vegas opgericht. In 1959 werd het Las Vegas Convention Center gebouwd, wat economisch een vitaal gedeelte van het gebied werd. Een nieuw nutsbedrijf, Gas Southwest, breidde uit naar Las Vegas in 1954.
1955-1970: het begin van het moderne Las Vegas
In 1966 verhuisde Howard Hughes, de excentrieke held van de Amerikaanse luchtvaartindustrie, naar Las Vegas. Na een aanvankelijk verblijf in het Desert Inn, weigerde hij om zijn kamer te verlaten en in plaats daarvan besloot hij om het hotel in zijn geheel te kopen. Hughes breidde daarna zijn financiële imperium uit naar Las Vegas met onroerend goed, hotels en media, met een totale investering van een geschatte 300 miljoen dollar, en hij werd al snel een van de machtigste mannen in Las Vegas. Hij was grondlegger van het veranderen van het imago van Las Vegas van Wild West stad in een meer verfijnde, kosmopolitische stad.
De lokale krant Las Vegas Sun en haar uitgever Hank Greenspun leidde in die dagen een kruistocht tegen alle activiteiten die maar enigszins in verband konden worden gebracht met criminele organisaties, alsook corruptie bij de overheid in Las Vegas. Zijn onderzoeksjournalistiek en editorials hebben geleid tot de blootstelling van het feit dat Clark County Sheriff Glen Jones eigenaar was van een bordeel en leidde tot het ontslag van luitenant-gouverneur Clifford A. Jones.
De casino’s die in handen waren van de georganiseerde misdaad waren off-limit gebieden voor de Afro-Amerikanen, behalve voor degenen die er werkten met zeer lage lonen op ondergeschikte posities of in de entertainment. Ze werden beperkt tot toegang in de bedrijven en clubs op de “West Side” van de stad. Latinos verging het nog veel erger, en hun bevolkingsaantal daalde zelfs van 2275 tot slechts 236.
Op 24 mei 1955 opende Wil Max Schwartz samen met een aantal beleggers de Moulin Rouge. Het was een zeer luxe en voor alle rassen toegankelijk casino dat daadwerkelijk actie ondernam tegen het beleid van de resorts aan de Strip. Tegen het einde van datzelfde jaar al, werd het casino gesloten vanwege een ruzie tussen Schwartz en zijn partners. Maar het zaad voor raciale integratie werd gezaaid. Sommige bronnen hebben Frank Sinatra en de Rat Pack als een belangrijke drijvende kracht aangemerkt achter de desegregatie in de casino’s.
Een beroemd verhaal vertelt van de weigering van Sinatra om op te treden in het Sands Hotel, tenzij het hotel Sammy Davis Jr een kamer gaf. De wereldberoemde Rat Pack die soortgelijke eisen op andere locaties neerlegde dwong de casino eigenaren hun beleid na enige tijd te wijzigen.
In 1960 dreigde de NAACP met een protest tegen het beleid van de casino’s in Las Vegas. Een ontmoeting tussen de NAACP, de burgemeester en de plaatselijke ondernemers heeft geleid tot de desegregatie van de casino’s door de hele stad. Samen met de rest van het land was ook Las Vegas verwikkeld in de strijd om de burgerrechten. Activisten zoals James B.
McMillan, Sawyer Grant, Bob Bailey en Charles Keller bleven zich inzetten voor raciale integratie in Las Vegas. Een andere grote kracht voor de gelijkheid was burgemeester Oran Gragson.
Aangespoord in de lokale politiek door vanwege corruptie van een groep agenten die herhaaldelijk inbreuk maakten in zijn systeem, implementeerde hij verbeteringen in de infrastructuur voor de minderheidsbuurten in Las Vegas. Hij verdedigde zaak van de Pauite stam die een klein gedeelte van Las Vegas in handen had en zorgde ervoor dat de Amerikaanse regering uit de stam werd verdreven. Ook zorgde hij voor verbeteringen in de infrastructuur voor hen. Zijn werk zorgde voor een ommekeer in de daling van het aantal minderheden in Las Vegas.
Lokale wetgeving hield voortaan gelijke tred met de nationale wetgeving en de integratie werd opgericht. Het enige echte geweld kwam naar aanleiding van de integratie in het schoolsysteem, met gewelddadige rellen en gevechten tot gevolg die zich vanaf 1965 tot 1971 openbaarden bij Clark High School.
De MGM brand
Op 21 november 1980 werd het MGM Grand Hotel en Casino getroffen door een verwoestende brand. In totaal 87 mensen kwamen om het leven en 785 raakten gewond tijdens deze ergste ramp in de geschiedenis van Nevada.
Sinds 1970: explosieve groei Las Vegas
Op basis van een percentage hebben Las Vegas en Clark County ongelooflijk hoge groeicijfers meegemaakt sinds de jaren 1930, waarbij de bevolking van de stad meer dan verdubbelde in elk decennium.
Het percentage vertraagde in de jaren 1970, maar daalde nooit tot onder de 60% (1980-1990), en maakt zelfs een nog prominentere groei mee sinds 1990. Tegen het jaar 2000 is Las Vegas de grootste stad gesticht in de 20e eeuw, en in 2006 was het de 28e grootste stad in de Verenigde Staten met een bevolking van 552.000 inwoners in de stad, en bijna 1,8 miljoen in Clark County.
De explosieve groei heeft geleid tot een snelle ontwikkeling van de commerciële en residentiële gebieden in de hele Vallei van Las Vegas. De sterke hausse in het resort bedrijfsleven heeft geleid tot vele nieuwe ontwikkelingen rondom de strip en het stadscentrum.
Ook voorstedelijke wildgroei-ontwikkelingen van eengezinswoningen zorgden voor de opbouw van de gebieden rondom Henderson, North Las Vegas, Centennial Hills, en Summerlin. Gedurende deze periode schreef en publiceerde de Amerikaanse schrijver en journalist Hunter S. Thompson zijn baanbrekende roman, “angst en afkeer in Las Vegas”, waarin hij zijn ervaringen van zijn in 1971 gemaakte trip naar de stad beschreef.
Sinds 1989: megaresorts in Las Vegas
Het megaresort tijdperk begon in 1989 met de bouw van The Mirage. Gebouwd door ontwikkelaar Steve Wynn was dit het eerste resort wat werd gebouwd met geld van Wall Street, door middel van de verkoop van 630 miljoen dollar aan obligaties. De 3044 kamers, elk voorzien van met goud getinte ruiten, werden een nieuwe standaard voor Vegas en haar luxe en trok enorme aantallen toeristen, wat weer zorgde voor gigantische aanvullende financieringen en de snelle groei van de Strip.
Tal van historische hotels en andere gebouwen werden gesloopt om plaats te maken voor de steeds grotere en meer luxueuze resorts. Dit omvatte de komst van het Rio en Excalibur in 1990 en in 1993 de komst van het MGM Grand, Treasure Island en Luxor, in 1996 de komst van de immens hoge Stratosphere Tower en het Monte Carlo, in 1997 de komst van New York-New York en eind jaren 1990 kwamen tenslotte het Bellagio, Mandalay Bay, The Venetian, Paris en het destijdse Aladdin (nu Planet Hollywood Resort en Casino).
In april 2005 opende Wynn Resorts Limited haar nieuwe vlaggenschip, de Wynn Las Vegas, gebouwd tegen een kostprijs van 2,7 miljard dollar!
Recessie in Las Vegas
Ondanks het succes waren ook in Las Vegas de hypotheekcrisis en de daaropvolgende recessie van invloed op het economische succes. De gok-inkomsten daalden en de bouwprojecten waren ofwel afgelast, uitgesteld of voortgezet met financiële problemen. Sommige van deze projecten waren de MGM Mirage, eigendom van CityCenter, Fontainebleau, Echelon en The Plaza.
Dit neemt niet weg dat Las Vegas tot op de dag van vandaag één van de meest welvarende en succesvolle steden ter wereld is!